Na een grote brand werd Lübeck heropgebouwd in 1159 op een schiereiland omgeven door de Trave en haaar zijrivier Wakenitz. Het is de Trave die de stad haar rijkdom heeft verschaft door toegang te bieden tot de Baltische Zee.

Aan de monding van de Trave ligt nu de badplaats Travemünde. De nederzetting begon in de 12de eeuw als fort op de riviermonding te verdedigen. In 1317 werd het een stad maar die werd amper 12 jaar later aangehecht bij Lübeck.

Vanaf 1802 begon Travemünde zich te positioneren als badplaats. Vijf jaar later werden de vestigingswerken afgebroken. Het strand van Travemünde wrdt gekernmerkt door de geweven strandstoelen die in het Duits 'Strandkorb' worden genoemd. Jaarlijks vindt op het strand ook een zandsculpturenfestival plaats.

De vuurtoren is de oudste aan de Duitse Baltische kust en de haven is de belangrijkste ferryhaven voor verbindingen met Zweden, Finland, Rusland, Letland en Estland. In de haven ligt de viermaster Passat, nu een museumschip.

Meer informatie: en.wikipedia.org