De Cubacrisis was een politieke confrontatie tussen de V.S. de Sovjet-Unie in oktober 1962, tijdens de Koude Oorlog (een periode van strijd waarin beide grootmachten weliswaar niet met elkaar vochten maar vooral probeerden om de tegenstander verbaal te intimideren), die bijna tot een (vreselijke) kernoorlog leidde.

Op Cuba kwam in 1959 de communist Fidel Castro aan de macht. De V.S besloot tegenwerkers van Castro te steunen. Voor Castro was dat aanleiding militaire hulp van de Sovjet-Unie in te roepen.

De Russen zagen daar - in het heetst van de K.O. - een mogelijkheid in om de V.S. onder schot te houden, nu de Amerikanen raketten in Turkije hadden geplaatst die op de Sovjet-Unie waren gericht.

Op 22 oktober 1962 hield de Amerikaanse president Kennedy een vlammende rede voor radio en televisie. Hij eiste dat de raketten onmiddellijk verwijderd zouden worden en kondigde een blokkade van Cuba af, terwijl de Amerikaanse strijdkrachten klaar stonden. Castro reageerde natuurlijk afwijzend.

De blokkade ging vrijwel onmiddellijk in en toen bleek, dat Russische schepen met oorlogsmateriaal, begeleid door een onderzeeër, Cuba naderden, was de spanning om te snijden. Maar de dreigementen van Kennedy hadden indruk gemaakt. De schepen keerden om, terug naar de Sovjet-Unie.

Er bleek ook een deal met Sovjetleider Chroestsjov te zijn gesloten. De Amerikanen zouden de in Turkije op de Sovjet-Unie gerichte raketten weghalen. Dan zouden de Russen hun raketbases op Cuba ontmantelen.

Meer informatie: wikikids.nl