ADVERTENTIE
Hoe heet deze oosterse fruitsoort?
De mangistan (Garcinia mangostana) staat ook bekend als mangosteen, mangostan, mangoestan, manggis, manggistan, mangestang of in Thailand als mang-kut. De soort komt van nature voor in Zuidoost-Azië en wordt in neerslagrijke gebieden van India tot Australië gekweekt. Ook is hij steeds vaker te vinden in tropisch Afrika en Amerika.
De mangistan is een bes met een diameter van 3-8 cm, waaraan een krans van vier houtige kelkbladeren behouden blijft. De bes heeft een gladde, dikke, bijna houtachige schil, die volrijp donker purperbruin tot roodviolet van kleur is. De tanninerijke schil van de vrucht (en de boomschors) kan worden gebruikt voor het looien van leer of als medicijn tegen dysenterie.
Onder de schil zit een krans van vier tot acht dikke, zachte, sappige, sneeuwwitte zaadmantels. Van de zaadmantels bevatten er één tot vijf, een vlak zaad, maar er zijn ook zaadloze vruchten. De zaadmantels van de rijpe vrucht eet men rauw, waartoe men de vrucht overdwars insnijdt en openklapt. Ze zijn zoetzuur van smaak. De mangistan is maar kort houdbaar; ze schimmelt snel binnenin.
Meer informatie:
nl.wikipedia.org
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE