Hoe heten de jonge vrouwen die in Shinto-tempels witte en rode kleding dragen en spirituele taken verrichten?
De traditie van de miko gaat terug tot de oudste geschiedenis van Japan. Oorspronkelijk was miko (神 子, letterlijk: Gods kind) de naam van sjamanen die zichzelf in trance brachten en voorspellingen deden of die de spreekbuis van de goden waren.
In een Shinto-tempel was een miko oorspronkelijk betrokken als opperpriesteres. De organisatie van de schrijnen, die begon aan het einde van de 7e en het begin van de 8e eeuw, zorgde er echter voor dat deze positie grotendeels verloren ging. Vanaf dat moment werd de betekenis van het woord voor jonge medewerkers in Shinto-tempels gebruikt. Vaak was het de dochter van de huidige priester. De rol van de miko bestond in die tijd voornamelijk uit het uitvoeren van ceremoniële dansen (miko-mai) en het assisteren van de priester bij verschillende andere ceremonies, met name bruiloften.
Sinds de moderne tijd is een miko meestal deeltijdwerker of vrijwilliger geweest, maar zij nemen dezelfde taken op zich als van oudsher. Bovendien treden ze ook vaak op als verkopers van ema, omikuji en andere religieuze voorwerpen en relikwieën die beschikbaar zijn in Shinto-tempels.
Meer informatie:
nl.wikipedia.org
ADVERTENTIE