Hoeveel piloten zitten er meestal in de cockpit (in de burgerluchtvaart)?

In de burgerluchtvaart bestaat de cockpitbemanning meestal uit een gezagvoerder en een eerste officier, ook wel co-piloot genoemd. De gezagvoerder is de wettelijke leider van de vlucht, maar in geval van ongeschiktheid neemt de eerste officier het commando over.

De taken in de cockpit worden doorgaans gelijk verdeeld tussen de gezagvoerder en de eerste officier. Eén van hen is de 'vliegende piloot', terwijl de ander de 'niet-vliegende piloot' of 'monitorende piloot' is. Zelfs als de eerste officier de vliegende piloot is, blijft de gezagvoerder verantwoordelijk voor het vliegtuig, de passagiers en de bemanning. In de dagelijkse praktijk zijn de taken van beide piloten vergelijkbaar. De eerste officier kan vlieguren verzamelen als 'gezagvoerder onder toezicht' (PICUS) om een vliegbrevet voor de luchtvaartmaatschappij te behalen.

Traditioneel zit de eerste officier in een vastvleugelig vliegtuig aan de rechterkant van de cockpit en in een helikopter aan de linkerkant. Dit verschil komt doordat de vliegende piloot vaak zijn rechterhand niet kan loslaten van de stuurknuppel om de instrumenten te bedienen, waardoor hij aan de rechterkant zit en dit met de linkerhand doet.