Alle volwassen libellen (dus ook de juffers) hebben de volgende kenmerken met elkaar gemeen:

twee paar stevige, niet-opvouwbare vleugels, met een dicht netwerk van vleugeladers

grote facetogen, die ofwel als twee halve bollen aan de zijkant van de kop zijn geplaatst (juffers), ofwel een groot deel van de kop innemen ('echte' libellen)

een langwerpig achterlijf

zeer dunne en korte voelsprieten op de kop, die nauwelijks opvallen

Sommige families uit de insectenorde gaasvleugeligen kunnen sterk op libellen lijken. Dit geldt vooral voor de families mierenleeuwen en bastaardlibellen. De vleugels van deze insecten lijken op die van libellen, maar ze hebben kleinere ogen en langere voelsprieten.

Mannelijke libellen zijn trouwens de enige insecten met een secundair geslachtsorgaan aan de basis van het achterlijf. De larven van libellen hebben een zogenaamd vangmasker onderaan de kop en zijn daarmee eveneens uniek in het insectenrijk.

Meer informatie: www.vlinderstichting.nl