De Porta Nigra (Latijn voor 'Zwarte Poort') is een stadspoort uit de Romeinse tijd in de Duitse stad Trier. Het bouwwerk is op basis van jaarringen in het gebruikte hout gedateerd op het jaar 170. Het is daarmee het oudste en grootste monument van zijn soort in Duitsland. Samen met enkele andere monumenten in Trier staat de poort op de lijst van het UNESCO Werelderfgoed.

De Porta Nigra is de noordelijke poort van de 6418 m lange stadsmuur die tussen 160 en 200 werd opgetrokken. De poort is 36 m breed, 21,5 m diep en 30 m hoog.

De poort bestaat uit op elkaar passende zandsteenblokken, zonder voegen. De stenen waren oorspronkelijk verbonden door ijzeren krammen, vergelijkbaar met de stenen van het Colosseum. In de middeleeuwen haalde men de ijzeren krammen uit de stenen, omdat metaal kostbaar was.

In de 11de eeuw werd de poort een onderdeel van een kerk maar die werd door Napoleon weer afgebroken. Door verwering en roetafzetting werden de zandsteenblokken, oorspronkelijk licht van kleur, in de loop der eeuwen zwart. Hierdoor kreeg de poort in de middeleeuwen zijn huidige naam. De oorspronkelijke Romeinse naam is niet bekend.

Trier is, samen met Worms, de oudste stad van Duitsland en ook het oudste bisdom ten noorden van de Alpen. De opdracht tot de bouw van de stad werd gegeven door de Romeinse keizer Augustus in 16 v.Chr. De stad heette oorspronkelijk Augusta Treverorum en was bedoeld als hoofdstad van de Romeinse provincie Belgica Prima.

Meer informatie: nl.wikipedia.org