Een andreaskruis, andrieskruis of schuinkruis is een heraldisch symbool, een kruis dat schuin staat, dus bestaande uit de twee kruisende, diagonale balken. Het andreaskruis dankt zijn naam aan de apostel Andreas (in het Nederlands aangeduid als Sint-Andreas of Sint-Andries), die aan een dergelijk kruis zou zijn gekruisigd. Dat wordt beschreven in de handelingen van Andreas

In de Germaanse symboliek verzinnebeeldde het schuinkruis (de zogenaamde Gebo-rune) een goddelijke kracht. Deze tekens werden door mensen gebruikt als bescherming tegen het kwade, boze geesten, demonen en onheil. Dit teken is te vinden op muurankers en op luiken (vaak in de vorm van een gestileerde zandloper) als bescherming tegen blikseminslag.

Een echo van die oorspronkelijke betekenis is nog steeds terug te vinden als gevaarsymbool voor irriterende stoffen en op diverse verkeersborden, zoals in het kruis bij een spoorwegovergang. Ook de vingers kruisen achter de rug als mensen een leugen vertellen, zou hiernaar verwijzen.

Het schuinkruis komt voor op allerlei vlaggen (Schotland, Jamaica..) en wapenschilden (Amsterdam, Bergen op Zoom, Breda, Schoten... ). Ook in de Militaire Willems-Orde en op de Belgische oorlogsvlag ter zee is een andreaskruis te vinden.

Meer informatie: nl.wikipedia.org