De Drievuldigheidspanelen zijn twee panelen uit circa 1478-1479 die zijn geschilderd door Hugo van der Goes, waarschijnljk met de inbreng van een of twee andere schilders. Mogelijk waren het orgelluiken voor een orgel dat rond 1466-1467 in Vlaanderen was besteld maar meer waarschijnlijk zijn het de zijpanelen van een groot altaarstuk, waarvan het middenpaneel verloren is gegaan.

De twee afbeeldingen aan de linkerzijde zijn de buitenkanten. Op basis daarvan wordt gedacht dat de panelen zijn besteld door Edward Bonkil die hier met een grijs kleed wordt afgebeeld. Bonkil woonde in Schotland, maar hij had nauwe banden met Brugge. Zijn vader en broers dreven handel met Vlaanderen en hadden huizen in Brugge.

Waarschijnlijk heeft Bonkill de panelen besteld voor de (verdwenen) Collegiate Church of the Holy Trinity in Edingburgh. Deze kerk was rond 1460 gesticht door Maria van Egmont-Gelre, de weduwe van Jacobus II van Schotland, en ze had Edward Bonkil benoemd tot de eerste proost ervan.

De rechterafbeeldingen tonen de Schotse koning Jacobus III en zijn vrouw maar hun gezichten zijn van mindere kwaliteit en zijn waarschijnlijk pas in Schotland toegevoegd. Enkele specialisten schrijven het paneel van Sint-Joris (helemaal rechts) niet toe aan van der Goes maar aan een andere, mogelijk Brugse, kunstenaar. De Sint-Joris is ontleend aan de Madonna met kanunnik Joris van der Paele van Jan van Eyck.

De panelen hangen in de Scottish National Gallery in Edinburgh.

Meer informatie: nl.wikipedia.org