Een champagneglas is speciaal ontworpen voor champagne en andere mousserende wijnen. De meest voorkomende vormen zijn de flûte en de coupe, beide met een steel. Door het glas aan de steel vast te houden, voorkom je dat de drank opwarmt. Hoewel champagne ook uit een normaal wijnglas gedronken kan worden, wat de smaak beter tot zijn recht laat komen, worden de bubbels dan minder geaccentueerd.

De champagneflûte, ofwel flûte à champagne, is een glas met een lange, taps toelopende conische vorm of een langgerekte slanke kom, en heeft doorgaans een inhoud van ongeveer 180 tot 300 ml.

De champagneflûte werd in de vroege 18e eeuw ontwikkeld, samen met ander wijnglaswerk, als de geprefereerde vorm voor mousserende wijn. Dit kwam doordat drinkgerei veranderde van metaal en keramiek naar glaswerk. Aanvankelijk was de flûte lang, conisch en slank, maar in de 20e eeuw veranderde de voorkeur naar een glas dat iets naar binnen kromde bij de rand.

Meer informatie: en.wikipedia.org