De Orde der Cisterciënzers is een Room-Katholieke kloosterorde die ontstond toen abt Robert(us) van Molesmes zijn benedictijnenklooster in Molesmes verliet om samen met twaalf monniken een nieuw klooster te stichten in Cîteaux (in het Latijn: Cistercium), ten zuiden van Dijon.

Robertus’ actie was ontstaan uit behoefte om terug te keren naar de regel van Benedictus die in de 10de en 11de eeuw verslapte binnen de Orde van Cluny. Grote aantallen nieuwelingen werden zonder proeftijd of training toegelaten, waardoor ze geen affiniteit hadden met de kloosterregels. De grote rijkdom belemmerde het streven naar soberheid.

Robertus keerde terug naar de basis van de de regel van Bernardus: gebed, werk, soberheid en gehoorzaamheid. In veel cisterciënzerkloosters waren lichamelijke kastijdingen, zelftucht en vrijwillige armoede geen abnormale oefeningen.

De oprichting van de Cisterciënzers wordt gezien als de belangrijkste kloosterhervorming van de Middeleeuwen.

Bekende kloosters van de orde zijn Pontigny (1114), Clairvaux (1115), Fontenay (1118) en (voor vrouwen) de Abdij van Herkenrode (1182).

Uit de Cisterciënzers zijn later de Trappisten ontstaan.

Meer informatie: nl.wikipedia.org