Daguerreotypie is een vroege fotografische methode, uitgevonden door Louis Daguerre in de eerste helft van de 19e eeuw.

Het procedé werd in 1839 door de Franse overheid aangekocht. Daguerre wordt sindsdien als de uitvinder van de fotografie beschouwd. Niet geheel terecht, want Nicéphore Niépce maakte al eerder foto's. Om zijn nieuwe procedé bekendheid te geven, gaf Daguerre een boek uit: Historique et description des procédés du daguerréotype et du diorama.

Bij daguerreotypie wordt een gepolijste, verzilverde koperen plaat gebruikt. Deze wordt lichtgevoelig gemaakt met jodiumdampen. Na het belichten (maken van de foto) en vervolgens blootstellen aan kwikdampen (ontwikkelen) ontstaan positieve, spiegelende beelden. Het beeld wordt gefixeerd in een zoutoplossing en daarna afgespoeld met water. Deze beelden waren destijds gedetailleerder dan de eerdere procedures. Doordat er geen negatief wordt gebruikt, is elke afbeelding gespiegeld. Ook was het daardoor niet mogelijk om, zoals bij het hedendaagse procedé, meerdere afdrukken te maken. Elke daguerreotypie is daardoor uniek.

Meer informatie: nl.wikipedia.org