Tijgers zijn obligate carnivoren, wat betekent dat hun dieet bijna volledig uit vlees bestaat. Ze zijn uitstekende jagers en jagen op grote dieren zoals herten, wilde zwijnen en buffels. Deze prooien leveren de nodige voedingsstoffen en energie die tijgers nodig hebben om te overleven in hun natuurlijke habitat.

Om succesvol te jagen en te overleven, hebben tijgers grote territoria nodig. Hun jachtgebieden kunnen variëren van tientallen tot honderden vierkante kilometers, afhankelijk van de beschikbaarheid van prooi en de dichtheid van de vegetatie. Tijgers zijn solitair en territoriaal, wat betekent dat ze hun gebied verdedigen tegen andere tijgers.

Naast hun indrukwekkende jachtvaardigheden, zijn tijgers ook bekend om hun vermogen om zich aan te passen aan verschillende omgevingen, van dichte bossen tot graslanden. Deze aanpassingsvermogen helpt hen te overleven in verschillende delen van Azië, waar hun prooidieren variëren afhankelijk van de regio. Ondanks hun aanpassingsvermogen worden tijgers bedreigd door habitatverlies en stroperij, wat hun populatie wereldwijd onder druk zet.