Sleutels zijn al meer dan 6.000 jaar de bewakers van onze schatten en privéruimtes. De oude Egyptenaren waren de eersten die een slot- en sleutelsysteem ontwikkelden, gemaakt van hout met een slim ontwerp van pinnen die op hun plaats vielen wanneer de juiste sleutel werd gebruikt.

De Romeinen verbeterden deze ontwerpen en introduceerden draagbare metalen sleutels, die zo waardevol waren dat rijke Romeinen ze als ringen droegen om verlies te voorkomen. In de Middeleeuwen werd het maken van sleutels tot een kunst verheven, met ambachtslieden die prachtige en functionele sleutels creëerden.

De Industriële Revolutie maakte massaproductie van sleutels mogelijk en bracht innovaties zoals het Yale-slot, uitgevonden door Linus Yale Sr. en geperfectioneerd door zijn zoon in 1861. Dit ontwerp wordt nog steeds veel gebruikt.

In de moderne tijd worden traditionele sleutels in veel situaties vervangen door magnetische kaarten, digitale codes en biometrie. Toch blijft de fysieke sleutel een essentieel alledaags voorwerp en een krachtig cultureel symbool van toegang, veiligheid en verbondenheid.