Deeg vormt de kern van bijna elk gebak. Het is een eenvoudige mix van bloem, water en vaak vet, die getransformeerd wordt tot alles van knapperige taartbodems tot zachte croissants. Het is het veelzijdige canvas dat bakkers vormen tot talloze lekkernijen.

Het maken van deeg is een kunst die teruggaat tot de prehistorie. Er zijn aanwijzingen dat er meer dan 30.000 jaar geleden al eenvoudige platbroden werden gemaakt van gemalen granen en water. Door de eeuwen heen zijn de technieken geëvolueerd, waarbij boter of reuzel werd toegevoegd voor rijkdom en rijsmiddelen voor luchtigheid, vooral in Europese gebakjes.

Een leuk weetje: het type deeg verandert het eindproduct drastisch. Bladerdeeg, met zijn honderden boterachtige lagen, vereist uren vouwen om schilferigheid te bereiken, terwijl zanddeeg snel en kruimelig is, ideaal voor taarten. De balans van ingrediënten en de manier van hanteren—handen koel houden om vet niet te laten smelten—kan een gebak maken of breken!