Een appel is een ronde, eetbare vrucht die afkomstig is van de appelboom (Malus domestica). Deze bomen worden wereldwijd geteeld en zijn de meest voorkomende soort binnen het geslacht Malus. De oorsprong van de appelboom ligt in Centraal-Azië, waar de wilde voorouder, Malus sieversii, nog steeds voorkomt. Al duizenden jaren worden appels in Azië en Europa verbouwd en Europese kolonisten introduceerden ze in Noord-Amerika. In veel culturen, zoals de Noorse, Griekse en Europese christelijke traditie, hebben appels een religieuze en mythologische betekenis.

Appelbomen die uit zaad worden gekweekt, produceren vaak vruchten die sterk verschillen van die van hun ouders en vaak niet de gewenste eigenschappen hebben. Daarom worden appelrassen meestal vermeerderd door klonale enten op onderstammen. Zonder onderstammen groeien appelbomen vaak groter en duurt het langer voordat ze vrucht dragen. Onderstammen worden gebruikt om de groeisnelheid en de grootte van de boom te beheersen, wat het oogsten vergemakkelijkt.

Meer informatie: en.wikipedia.org