Hoeden zijn door de geschiedenis heen belangrijke accessoires geweest, zowel praktisch als symbolisch. Oorspronkelijk ontworpen ter bescherming tegen weersinvloeden, ontwikkelden hoeden zich tot krachtige statussymbolen in veel culturen.

In het Victoriaanse Engeland was het ongepast om zonder hoed in het openbaar te verschijnen, ongeacht de sociale klasse. De hoge hoed stond voor rijkdom en status, terwijl petten werden geassocieerd met de arbeidersklasse. Sommige historische hoeden vereisten uitgebreide vakmanschap - de ingewikkelde 'Fontange'-hoofddeksels die door Franse adellijke vrouwen in de late 17e eeuw werden gedragen, konden meer dan twee voet hoog zijn!

Het maken van hoeden werd zo'n gespecialiseerde ambacht dat het de uitdrukking 'zo gek als een hoedenmaker' voortbracht, die voortkwam uit de neurologische schade die hoedenmakers opliepen door het gebruik van kwik in het viltproces. Tegenwoordig zijn hoeden minder verplicht in formele settings, maar ze blijven belangrijke mode-uitingen en culturele identificatiemiddelen wereldwijd.