Een van de oudste instrumenten die in verband worden gebracht met de Keltische cultuur is de harp, alhoewel het aannemelijk wordt geacht dat men aanvankelijk gebruik maakte van de lier of lierachtige instrumenten.

De oudst bekende muzieknotatie met betrekking tot de bardische instrumentale muziek vinden we terug in het 17e-eeuwse Robert-ap-Huw-manuscript uit Wales, dat ca. 30 tabulaturen bevat voor de harp, waarvan een aantal composities met zekerheid uit de 14e eeuw afkomstig zijn. Deze muziek, cerdd dant ('kunst der snaren' of 'snaarmuziek'), werd overigens niet louter op de harp gespeeld, doch ook op de crwth, een soort strijklier en timpán, mogelijk een soort gestreken psalter, voorzien van een toets of 'fingerboard'. De lier en harp, voorzien van darmsnaren of snaren van paardenhaar werden eveneens als begeleiding aangewend voor het bardische vers of cerdd dafod ('muziek der taal'). Een soortgelijke bardische traditie was vrijwel zeker bekend in Ierland en Schotland, doch de muziek is zo goed als verloren gegaan. Terwijl men tijdens de renaissance in Wales overging naar het gebruik van de zogenaamde Gotische harp met darm- of paardenhaarsnaren, bleef in Ierland en Schotland de metaalsnarige harp in gebruik en stond aldaar bekend als cláirseach in Ierland en clàrsach in Schotland, ook wel bekend als de 'Gaelische harp' en was ook in Engeland en Bretagne niet onbekend.

Meer informatie: nl.wikipedia.org