De kat (Felis catus), ook wel huiskat genoemd, is een klein gedomesticeerd vleesetend zoogdier. Het is de enige gedomesticeerde soort van de Felidae familie. Vooruitgang in de archeologie en genetica heeft aangetoond dat de domesticatie van de kat plaatsvond in het Midden-Oosten rond 7500 voor Christus. Hij wordt vaak gehouden als huis- en boerderijkat, maar loopt ook vrij rond als wilde kat en vermijdt menselijk contact. Hij wordt door mensen gewaardeerd als gezelschap en voor zijn vermogen om ongedierte te doden. Zijn intrekbare klauwen zijn aangepast aan het doden van kleine prooien zoals muizen en ratten. Hij heeft een sterk, flexibel lichaam, snelle reflexen en scherpe tanden, en zijn nachtzicht en reukzin zijn goed ontwikkeld. Het is een sociale soort, maar een solitair en crepusculair roofdier.

De communicatie van de kat omvat vocalisaties - zoals miauwen, spinnen, kwetteren, sissen, grommen en knorren - en lichaamstaal. Hij kan geluiden horen die te zacht of te hoog zijn voor het menselijk oor, zoals die van kleine zoogdieren. Hij scheidt feromonen af en herkent deze.

Meer informatie: en.wikipedia.org