ADVERTENTIE
Welk kruid is dit?
Je hebt dille ongetwijfeld al eens bij zalm gegeten, maar het kent nog veel meer toepassingen. Duizenden jaren geleden trof men dille voor het eerst aan in het Midden-Oosten en in Zuid-Europa. Uit de bijbel blijkt dat men de plant gebruikte om belastingen mee te betalen. Tijdens de middeleeuwen vormde het een afweermiddel tegen hekserij.
Dille of anethum graveolens is een winterharde eenjarige die tot 1,5 m hoog en 30 cm breed kan worden. Typisch voor dit kruid zijn de blauwgroene, fijn geveerde bladeren en ‘s zomers de geelgroene bloemschermen die in het najaar aromatische zaden vormen.
De bloemschermen van dille gebruikt men vooral bij vis. Deze smaken zoeter dan de bladeren, met een vleugje munt. De bladeren hebben een milde, warme smaak. Versnipperd kan men er eveneens visgerechten mee op smaak brengen, ook kip, kalfsvlees of kaas. Verder kan men de blaadjes verwerken in olie, boter of azijn. De bladeren smaken minder scherp dan de zaden. Deze laatste kan je vers, gedroogd of geroosterd toevoegen aan groenteschotels, donkere soepen, brood, marinades en thee.
Volwassenen gebruiken dille ook vanwege de medicinale werking. Het verzacht spijsverteringsstoornissen, winderigheid en buikpijn. Bovendien is het hoestwerend en bevordert het de nachtrust. Doe hiervoor twee eetlepels gekneusd zaad in een kopje gekookt water. Kauw ten slotte op de zaden bij een onfrisse adem.
Vers geplukte dille is niet lang houdbaar. Bewaar de blaadjes liever in de diepvries dan gedroogd.
Meer informatie:
www.infotalia.com
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE