Granen zijn gewassen die worden verbouwd voor hun eetbare zaden. Ze vormen de grootste gewassen ter wereld en zijn daarom basisvoedingsmiddelen. Tot de granen behoren rijst, tarwe, rogge, haver, gerst, gierst en maïs. Andere eetbare zaden, zoals boekweit en quinoa, worden pseudogranen genoemd. De meeste granen zijn eenjarige planten, die één oogst per aanplant opleveren, hoewel rijst soms als meerjarige plant wordt geteeld. Wintervarianten zijn winterhard genoeg om in de herfst te worden geplant, in de winter in rust te gaan en in de lente of vroege zomer te worden geoogst; lentevarianten worden in de lente geplant en in de late zomer geoogst.

Granen worden direct gegeten als hele zaden, meestal gekookt, of ze worden gemalen tot meel en verwerkt tot brood, pap en andere producten. Granen bevatten veel zetmeel, waardoor ze kunnen worden gefermenteerd tot alcoholische dranken zoals bier. De teelt van granen heeft een aanzienlijke milieueffect, vaak geproduceerd in intensieve monoculturen. Deze schade kan worden verminderd door duurzame praktijken die de impact op de bodem verminderen en de biodiversiteit verbeteren, zoals niet-kerende grondbewerking en mengteelt.

Meer informatie: en.wikipedia.org