Andrea Mantegna (ca 1431-1506) leefde in een periode van frequente plagen en bijgevolg is het geen wonder dat hij verschillende portretten heeft gemaakt van Sint-Sebastiaan die werd aangeroepen tegen pest.

Mantegna werd geboren in de buurt van Padua en zijn tekentalent werd al op jonge leeftijd opgemerkt. Hij woonde in Padua toen de stad in 1456-1457 werd getroffen door de pest en mogelijk is zijn eerste schilderij van Sint-Sebastiaan besteld door de stad om het einde van de epidemie te vieren. Typisch voor Mantegna is de gedetailleerde weergave van de Romeinse ruïnes in de achtergrond. In de wolken heeft de schilder een ruiter verwerkt, een mogelijke verwijzing naar de Apocalypse. Het schilderij hangt nu in het Kunsthistorisches Museum in Wenen.

In 1460 verhuisde Mantegna naar Mantua waar hij vlakbij de Chiesa di San Sebastiano woonde. Daar maakte hij een tweede portret van de heilige in opdracht van zijn nieuwe beschermheer Federico I van Mantua. Het hing oorspronkelijk in de Basilica di San Zeno in Verona waar Federico's dochter Chiara Gonzaga trouwde. Het is nu te bezichtigen in het Louvre in Parijs waar ook een paneel van het San Zeno Altaarstuk te zien is.

Het derde portret dateert van veel later (ergens tussen 1490 en 1506) en verschilt met donkere kleuren en een sobere achtergrond grondig van de vorige composities. Een uitgedoofde kaars in de rechter benedenhoek roept het beeld van een uitdovend leven op. Het schilderij hangt in het Ca' d'Oro in Venetië.

Meer informatie: en.wikipedia.org