De donut heeft een fascinerende oorsprong. Het kenmerkende ronde ontwerp met een gat in het midden wordt toegeschreven aan de Amerikaanse zeeman Hanson Gregory, die in 1847 beweerde een gat in het deeg te hebben gemaakt om een gelijkmatige garing te garanderen. Dit leidde tot de iconische ringvorm. Tegenwoordig zijn er talloze varianten van donuts, zoals geglazuurde, met poedersuiker bestrooide, met chocolade bedekte en zelfs met jam of room gevulde donuts.

De populariteit van de donut steeg enorm in de Verenigde Staten tijdens de Eerste Wereldoorlog. Vrijwilligers deelden ze uit aan Amerikaanse soldaten als een troostrijke en gemakkelijk te verstrekken snack. Deze soldaten, liefkozend 'doughboys' genoemd, brachten hun liefde voor donuts mee terug naar huis, waardoor het gebak een vaste plek in de Amerikaanse cultuur kreeg.