Antonius van Padua (1195-1231) werd geboren als Fernando Martins de Bulhões in een rijke, adellijke familie uit Lissabon. Hij trad in als monnik en trok naar Noord-Afrika om daar het christelijk geloof te verspreiden onder de moslims. Later verlegde hij zijn werkterrein Frankrijk en Italië. Waarschijnlijk werd hij in 1222 te Forlì tot priester gewijd. Op last van Franciscus van Assisi doceerde hij theologie aan zijn medebroeders. Hij stierf in 1231 en werd nog geen jaar later door paus Gregorius IX heilig verklaard. Rond zijn graf in Padua is de basiliek Basilica di Sant'Antonio gebouwd.

In 1946 werd hij door de Rooms-Katholieke kerk uitgeroepen tot kerkleraar, een eretitel die wordt gegeven aan schrijvers en schrijfsters die uitmunten door hun getrouwheid aan de kerkelijke leer en hun grote geleerdheid.

Sint-Antonius is het best is hij bekend als de heilige die wordt aangeroepen bij verloren voorwerpen met versjes zoals "Heilige Antonius, beste vrind, maak dat ik m'n ... vind".

daarnaast is hij de patroonheilige van de franciscanen (zijn eigen kloosterorde), vrouwen en kinderen, armen, bakkers, mijnwerkers, het huwelijk, reizigers en verliefden. Bovendien is Antonius de patroon tegen schipbreuk, de pest en koorts.

De teunisbloem is naar Antonius vernoemd omdat die rond zijn feestdag (13 juni) bloeit. Hij wordt vaak afgebeeld met die bloem in de hand.

Meer informatie: nl.wikipedia.org