De oren van een bidsprinkhaan

Bidsprinkhanen hebben geen oren, maar één oor! Het is een extreem raar geval qua zintuig, want hij functioneert elke vervelling een beetje beter. En ook niet alle soorten hebben dit oor, en zelfs binnen soorten zijn het soms alleen de mannetjes die dit oor hebben. Het oor zit op de buik van de bidsprinkhaan, tussen de looppoten. Het is een groeve die in de lengte van de bidsprinkhaan loopt en bij bijvoorbeeld Hierodula membranacea is deze ongeveer 0,8 cm lang. Jonge nimfen hebben dit zintuig nog niet, maar naar mate de bidsprinkhaan ouder wordt en verveld ontwikkeld het oor zich verder. Als de bidsprinkhaan volwassen is, functioneert het oor goed. Dat wil zeggen; het kan jou en mij niet horen praten maar het kan wel een vleermuis horen! Het oor is alleen in staat hele hoge tonen te horen. Het blijkt dat bidsprinkhanen dit oor hebben om tijdens het vliegen een vleermuis dichterbij te horen komen. Als zij de echolocatie van de vleermuis dichtbij zich horen, laten ze zich tijdens het vliegen naar de grond vallen. Zo ontkomen ze een toekomst als vleermuissnack. Omdat nimfjes en de vrouwtjes van sommige soorten nooit vliegen, is het oor bij deze dieren in sommige bidsprinkhaansoorten onbruikbaar geraakt.

Meer informatie: www.ongewoonongewerveld.nl