De vlag van de Verenigde Staten, ook wel bekend als de Stars and Stripes, is een iconisch symbool van het land. De vlag bestaat uit dertien horizontale strepen in rood en wit, die de oorspronkelijke dertien koloniën vertegenwoordigen. Daarnaast is er een blauw veld met vijftig witte sterren, die de vijftig staten symboliseren. De kleuren rood, wit en blauw hebben elk een diepe betekenis: rood staat voor moed en dapperheid, wit voor zuiverheid en onschuld, en blauw voor waakzaamheid, volharding en gerechtigheid.

Sinds de eerste goedkeuring in 1777 is het ontwerp van de vlag verschillende keren aangepast, om de groei en belangrijke momenten in de geschiedenis van de natie weer te geven. In tegenstelling tot sommige andere vlaggen, ontbreekt de kleur groen in de Amerikaanse vlag. Dit benadrukt het klassieke thema van rood, wit en blauw dat zo kenmerkend is voor de Verenigde Staten.