Deze honingbij leest elektromagnetische velden.

Darren of mannetsjesbijen kunnen soms van kilometers ver komen aanvliegen, zonder enige herkenningspunten of open stukken lucht. Hoe doen ze dat toch? Wel, honingbijen maken daarbij gebruik van een ‘reservekompas’ op hun achterlijf.

In het achterlijf van honingbijen zit een ruimte vol kristalletjes van magnetiet – deeltjes ijzeroxide waarmee veranderingen in elektromagnetische velden geregistreerd kunnen worden, bijvoorbeeld in het aardmagnetisch veld.

Uit onderzoek sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw is gebleken dat honingbijen magnetische velden gebruiken om zich ruimtelijk te oriënteren. In recenter onderzoek is aangetoond dat bijen elektrische velden gebruiken voor allerlei doeleinden, van het selecteren van bloemen tot navigatierituelen als de beroemde bijendans.

Dus is het mogelijk dat honingbijen worden aangetrokken tot verzamelplekken in de lucht die een specifieke elektromagnetische ‘handtekening’ hebben.

Alle andere opties zijn niet correct.

Meer informatie: www.nationalgeographic.nl