Muggen behoren tot een groep van bijna 3.600 soorten kleine vliegen binnen de familie Culicidae. De naam 'mug' komt van het Spaanse woord 'mosquito', wat 'kleine vlieg' betekent. Muggen hebben een slank, gesegmenteerd lichaam, één paar vleugels, één paar halters, drie paar lange, haarachtige poten en verlengde monddelen.

De levenscyclus van een mug bestaat uit vier stadia: ei, larve, pop en volwassen mug. De eieren worden op het wateroppervlak gelegd en komen uit als beweeglijke larven die zich voeden met algen en organisch materiaal in het water. Deze larven zijn een belangrijke voedselbron voor veel zoetwaterdieren, zoals libellenlarven, vissen en sommige vogels zoals eenden. De volwassen vrouwtjes van de meeste soorten hebben buisvormige monddelen (proboscis) waarmee ze de huid van een gastheer kunnen doorboren en zich met bloed voeden. Dit bloed bevat eiwitten en ijzer die nodig zijn voor de productie van eieren. Duizenden muggen soorten voeden zich met het bloed van verschillende gastheren, waaronder zoogdieren, vogels, reptielen, amfibieën en sommige vissen.

Het speeksel van de mug wordt tijdens de beet overgedragen aan de gastheer en kan jeukende uitslag veroorzaken. Bovendien kunnen veel soorten ziekteverwekkers opnemen tijdens het bijten en deze overdragen aan toekomstige gastheren. Op deze manier zijn muggen belangrijke overbrengers van parasitaire ziekten zoals malaria en filariasis, en virale ziekten zoals gele koorts, Chikungunya, West-Nijl, dengue en Zika.

Meer informatie: en.wikipedia.org