ADVERTENTIE
Welke van deze is een grote tuinplaag?
Bladluizen (Aphidoidea) zijn kleine plantenetende insecten die zich met stekende en zuigende monddelen (stiletten) passief voeden met sappen uit het floëem (net als een aantal verwante superfamilies, zoals 'witte vlieg' bijvoorbeeld superfamilie Aleurodidae). Het floëemsap stroomt door de zeefvaten en staat onder hoge druk. Het wordt door de plant in het voedselkanaal van de bladluis geperst zodra de stiletten een floëemvat aanprikken. Ook zuigen bladluizen zo nu en dan actief xyleemsap. Bladluizen zitten meestal op groeipunten zoals de toppen van jonge stengels met groeiend blad en bloemknoppen, omdat de sapstroom daar veel voedingstoffen bevat, die nodig zijn voor de groei van de plant. De stiletten van bladluizen penetreren van de epidermis naar het floëem tussen de plantencellen door (intercellulair) en tussen de cellulosevezels van de secundaire celwand. Daarbij wordt continu speeksel in de plant gepompt dat onmiddellijk een gel vormt (gelerend speeksel). De stiletten worden zodoende geheel door dit speeksel omgeven, de zg. speekselschede die na terugtrekking in de plant achterblijft. Veel cellen langs de stiletweg worden echter kortstondig (circa 5 seconden) aangeprikt (intracellulair). Tijdens deze korte celpuncties wordt (niet gelerend, waterig) speeksel in de cel geïnjecteerd en daarmee worden planten veelvuldig met virussen geïnfecteerd.
De virusoverdracht vormt de belangrijkste bron van de economische schade die door bladluizen wordt veroorzaakt.
Meer informatie:
nl.wikipedia.org
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE