Kolibries (Trochilidae) zijn een familie van vogels uit de orde van de gierzwaluwachtigen (Apodiformes). De familie telt meer dan 300 soorten. De meeste soorten komen voor in Zuid-Amerika. Het oorspronggebied (genencentrum) van de kolibries ligt waarschijnlijk daar. De kolibrie heeft een lange snavel, waarmee hij in de kroonbuis van de bloem kan komen. Om bij de nectar te raken moet hij zijn tong uitrollen. De punt van de tong is gespleten en heeft de vorm van een strohalm. Hierdoor kan hij bij nectar komen waar zelfs insecten niet bij kunnen. De bloemen hebben een zeer lange kroonbuis en hebben zich voor hun bestuiving aangepast aan de kolibrie en de kolibrie aan de bloemen. Om het voor deze vogel extra aantrekkelijk te maken is er veel nectar aanwezig. Kolibries hebben een sterke voorkeur voor oranje en rode bloemen. De kolibrie kan met suikerwater bijgevoerd worden. Vroeger werd daar een rode kleurstof aan toegevoegd. Tegenwoordig is de voerhouder van plastic en is de voet, waar het suikerwater in zit, roodgekleurd. De openingen van de voerbuisjes zijn zo klein dat er geen insecten bij kunnen en alleen de snavel van de kolibrie erdoorheen kan.

Sommige soorten eten ook insecten. De kolibrie moet de hele dag eten om voldoende energie te bekomen. Zelfs als het regent blijft de kolibrie doorvliegen, maar kan dan minder voedsel vinden omdat veel bloemen zich bij regen sluiten. Wanneer het langer dan een week aanhoudend regent, sterven veel kolibries door gebrek aan voedsel.

Meer informatie: nl.wikipedia.org