ADVERTENTIE
Wie schilderde het werk De opstandige engelen?
Pieter Bruegel de Oude (ca. 1525-1530 – 1569) was een kunstschilder die behoorde tot de Noordelijke renaissance. Hij was de vader van Pieter Brueghel de Jonge en van Jan Brueghel de Oude. Bruegel werkte eerst als prententekenaar, onder meer bij Pieter Coecke van Aelst en Hieronymus Cock maar ging zich later toeleggen op schilderijen.
De val der opstandige engelen (ook bekend als De aartsengel Michaël in gevecht met de apocalyptische draak) werd lang toegeschreven aan Pieter Brueghel de Jonge. Het schilderij uit 1562 toont de val van de opstandige engelen, dat beschreven wordt in de Openbaring van Johannes, 12: 3-9.
De aartsengel Michaël, in gouden harnas, voert engelen in witte tunieken aan tegen een kluwen van monsters. In het midden van het schilderij staat een de zevenkoppige draak die symbool staat voor de duivel. In de stijl van Jheronimus Bosch heeft Bruegel gedrochten opgebouwd uit allerlei elementen uit de planten-, dieren-, mineralen- en mensenwereld, en zo van deze demonen wanstaltige, hybride wezens gemaakt. Tot deze wezens behoren een misvormd mens met vlindervleugels, een vadsige dwerg die een zonnewijzer en een met pluimen versierde helm draagt, een gigantische garnaal met mosselschelpen, allerlei slijmerige van armen voorziene vissen, en vele andere mismaakte wezens.
Tegenwoordig bevindt het zich in de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België te Brussel, dat het in 1846 aankocht voor de eigen collectie.
Meer informatie:
nl.wikipedia.org
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE