Na 228 doelpunten besloot Sjaak Swart in 1973 zijn voetbalschoenen aan de wilgen te hangen en deze imposante staat van dienst bracht hem de bijnaam 'Mister Ajax'.

Swart maakte op 16 september 1956, als achttienjarige, zijn debuut in het eerste elftal van Ajax. In het bekerduel tegen Stormvogels dat met 3-2 werd gewonnen kwam Swart de hele wedstrijd in actie. Tijdens zijn debuutseizoen wist Ajax de eerste editie van de Eredivisie te winnen. Swart kwam dat seizoen tot vijf competitiewedstrijden. Het daaropvolgende seizoen maakte Swart zijn eerste doelpunt voor Ajax. In de competitiewedstrijd tegen NOAD op 6 oktober 1957 was Swart voor de eerste keer trefzeker. Ruim een maand later mocht Swart, net als Ajax, debuteren in het Europacupvoetbal. Swart maakte zijn debuut tijdens de uitwedstrijd tegen het Oost-Duitse SC Wismut. Na zijn debuut in 1956 wist Swart ongeveer anderhalf jaar geen doelpunt te maken in een thuiswedstrijd van Ajax; hij scoorde alleen in uitwedstrijden. Op 1 januari 1959 brak hij met die traditie door in de bekerwedstrijd tegen JOS te scoren. In het doelpuntenfestijn tegen FC Volendam (9-0) maakte Swart het 100e doelpunt van Ajax in het seizoen 1959/60. Ajax scoorde dat seizoen voor het eerst meer dan 100 doelpunten, namelijk 109. In het seizoen 1961/62 werd de KNVB beker gewonnen, met een zeer hoog doelsaldo van +25 (39-14).

Meer informatie: nl.m.wikipedia.org