De olympische vlag werd officieel door het Internationaal Olympisch Comité ingevoerd in 1914. De vlag was eigenlijk ontworpen voor het twintigjarig jublieum van de Olympische Beweging in Parijs in 1914, maar werd bij die gelegenheid aangenomen als algemene vlag van de beweging. Hoewel de vlag ook na Parijs 1914 verscheidene malen gebruikt is, waren de eerste naoorlogse spelen, de Olympische Zomerspelen 1920 in Antwerpen de eerste Spelen waar de vlag gehesen werd.

De vlag is ontworpen door Pierre de Coubertin; het is een witte vlag met daarop het in 1913 door hem ontworpen symbool van vijf in elkaar grijpende ringen van verschillende kleuren (blauw, zwart, rood, geel en groen). Het Internationaal Olympisch Comité beweerde ooit dat iedere kleur gekoppeld is aan een specifiek werelddeel. Coubertin ontkent dit: ze zijn gekozen omdat elke vlag van een land minstens een van deze zes kleuren (wit inbegrepen) bevat. De vijf ringen symboliseren ook passie, vertrouwen, overwinning, ethiek en sportiviteit.

Meer informatie: nl.wikipedia.org