Nadat George Stephenson in 1829 de eerste betrouwbare stoomlocomotief produceerde, werden de spoorwegen in Engeland een enorm succes. België zag wel iets in de spoorweg, zowel voor het vervoer van goederen als voor personen.

In 1834 werd beslist om 380 km spoor aan te leggen. Op 5 mei 1835 werden de drie eerste ritten verreden tussen het stationnetje van Brussel-Groendreef en Mechelen. Drie treinen van Britse makelij -met alles samen negenhonderd passagiers- vertrokken achter elkaar naar het eindstation. De locomotieven kregen de namen De Pijl (La Flèche), de Stephenson (Le Stephenson, genoemd naar de leverancier, Robert Stephenson) en De Olifant (L’Elephant).

Het werd niet enkel de eerste Belgische treinrit, maar gelijk ook de eerste buiten Engeland. Kort hierna zouden Duitsland, Nederland en Frankrijk volgen.

Voor de volledigheid: al in 1830 was er een mijnspoor op het terrein van de steenkoolmijn Bois-du-Luc en in mei 1830 werd een spoorlijn geopend tussen de mijn van Grand-Hornu en het Kanaal van Bergen bij Condé. Die waren echter niet openbaar en de treinen werden getrokken door paarden.

Meer informatie: nl.wikipedia.org