Vanaf de 15de eeuw kende de Belgische gemeente Duffel een ware bloeiperiode dankzij de weefnijverheid. Zo werden Duffelse lakens uitgevoerd naar hanzestaden zoals Lübeck, Riga en Keulen en later ook naar Spanje en Portugal.

Vanaf de zeventiende eeuw schakelt Duffel over op een zwaardere, ruwe stof van wol. Die blijkt bijzonder geschikt om warme winterjassen te maken en zo onstaaat de zogenaamde duffeljas of duffel coat in het Engels.

De stof vind ook haar weg in militaire toepassingen, met name voor het vervaardigen van draagzakken. Traditioneel hadden die geen draagriem en waren ze bovenaan afgesloten met een stroplint. Later werden er draagriemen aan toegevoegd. Het model is nog steeds in gebuikt bij militair personeel dat niet op missie is, bij zeelui en als sporttas. Tegenwoordig worden we wel meestal van nylon of canvas gemaakt.

Meer informatie: nl.wikipedia.org