Het Marwaripaard komt uit de Indiase regio Marwar in de deelstaat Rajasthan. De Marwari stond in het verleden vooral bekend als een uitmuntend krijgspaard. Een in het oog springend kenmerk van het ras bestaat uit zijn typische naar binnen gekrulde, kleine oren.

Het huidige Marwaripaard stamt af van de uitstekende cavaleriepaarden die de regerende families en krijgers in de geschiedenis van het feodale India onafgebroken dienden sinds het begin van de raszuivere fokkerij rond 1200. Hun faam was ongeëvenaard. In het boek Political History of India roemt kolonel J.C. Brooke de paarden door te melden dat de regio Shekhawati, waar de Marwaripaarden veel gefokt werden, voor de rekrutering van legerpaarden de beste regio in heel India was.

Het paard werd ook gebruikt als licht trekpaard in de landbouw en als lastpaard. Het kan gebruikt worden als tuigpaard in de mensport en als rijpaard voor springen en dressuur. Sommige worden gebruikt voor polo.

De bestanden van het ras gingen sterk achteruit in de jaren 1930, maar herstelden zich later enigszins. In 1995 werd een stamboekorganisatie opgericht. Export van deze paarden was enige tijd verboden maar wordt nu weer op beperkte schaal toegestaan.

Er bestaat enige belangstelling voor dit paardenras vanuit de Verenigde Staten en Europa, maar invoer is niet overal toegestaan vanwege het besmettingsgevaar met een ernstige paardenziekte die in India nog voorkomt.

Meer informatie: nl.wikipedia.org