Proprioceptie of positiezin (ook wel kinesthesie genoemd) is het vermogen van een organisme om de positie van het eigen lichaam en lichaamsdelen waar te nemen. Het woord proprioceptie komt van de Latijnse woorden proprius en perceptie (zelfwaarneming).

Het zintuig voor proprioceptie werd eind 19e eeuw ontdekt door Charles S. Sherrington.

Prikkels uit het milieu worden door de zintuigcellen via de sensibele zenuwen naar het centrale zenuwstelsel (CZS) geleid (exteroceptieve prikkels). Als antwoord gaat van het CZS via motorische zenuwen een bevel uit naar de spieren. Voor controle en regeling van het antwoord van de spier gaat via sensibele zenuwen een terugkoppeling over de positie van de spier en omliggende onderdelen van het bewegingsapparaat naar het CZS (proprioceptieve prikkels).

Proprioceptieve waarneming verschaft het individu daarmee informatie over het eigen lichaam, zoals de stand, beweging en tonus van de ledematen, gewrichten en pezen, het gevoel van "zwaarte" in sommige lichaamsdelen, en vermoeidheid of alertheid van de spieren. Proprioceptieve waarneming speelt bijgevolg een belangrijke rol in de opbouw van het lichaamsbesef, en maakt terugkoppeling van de lichaamspositie naar het CZS mogelijk. Dit is zeer belangrijk voor een goede motoriek.

Meer informatie: nl.wikipedia.org